Personen (persoonlijk voornaamwoord)

(in het Engels heet dat Personal Pronoun)

Om te praten over personen, dieren of dingen gebruik je een persoonlijk voornaamwoord.

Wat belangrijk is om te onthouden, is dat in het Engels, I (ik) wordt ALTIJD met een hoofdletter geschreven. Het maakt niet uit waar het woord staat in de zin.


Je ziet ook dat you (jij) en you (jullie) in het Engels hetzelfde is. Je ziet dan alleen om hoeveel mensen het gaat aan de rest van de zin. 

ev = enkelvoud

mv = meervoud

Kort samengevat: 

Om wat extra uitleg te krijgen mag je het onderstaande filmpje bekijken. Daarin gaat het ook over de bezittelijke voornaamwoorden.

 

Van wie iets is (bezittelijk voornaamwoorden)

(in het Engels heet dat Possessive pronouns)

Om aan te geven dat iets van iemand is, gebruik je het bezittelijk voornaamwoord.  Je kent ze wel uit het Nederlands, mijn, jouw, zijn, haar etc.

In het Engels zijn dit de volgende woorden:

Om te laten zien hoe dit er uit ziet in een hele zin, hebben we wat voorbeelden gemaakt:

Het werkwoord : to be   (am/are/is)

Het Nederlandse werkwoord: zijn    In het Engels is dat to be'.

In de tegenwoordige tijd heeft dit werkwoord 3 vormen: am, are,  en is

Am/are/is staat meestal ná de persoon. 

In de les heb je geleerd dat je uit je hoofd moet leren wanneer je welke vorm gebruikt. Ook hebben we het gehad over de verkorte vorm van 'to be', hoe je vragen maakt met am/are/is én hoe je moet zeggen dat iets niet zo is. De korte samenvatting daarvan vind je hier onder.

Tot slot, nog een filmpje waarin het werkwoord 'to be' nog op een andere manier wordt uitgelegd. Maak de opdrachten nadat je het filmpje hebt bekeken.

A of an : Wanneer gebruik je a/an?

 

Bekijk het filmpje en maak daarna de oefeningen.

 

 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb